Ik heb een guilty pleasure, ik geef het ruiterlijk toe…
Zo heel af en toe vind ik het heerlijk om mijn verstand op nul te zetten en te kijken naar het programma ‘Say yes to the dress’. Terwijl ik daar naar kijk, verbaas ik me altijd hogelijk over de gigantische bedragen die de dames bereid zijn uit te geven aan die ene (blijkbaar) heel belangrijke jurk.
Jarenlange vriendschappen lijken binnen een uur aan gort te gaan, doordat de meest vreselijke beledigingen naar de bruid worden gegooid, omdat iedereen een eigen mening heeft en haar eigen mening uiteraard het meest belangrijk vindt.
Bruiden die met hun klauwen uithalen naar vaders en moeders, omdat deze weliswaar hebben aangeboden de jurk te betalen, maar niet van plan zijn zulke exorbitante prijzen neer te tellen. Daarop volgen katterige opmerkingen, krokodillentranen, manipulaties, waarna ze dan tóch, na al dat boze gepruil, hun zin te krijgen. Daarna volgt een even zo oprecht en stralend ‘I love you, daddy’.
Bruiden die zichzelf niet mooi vinden en daarom die éne jurk zoeken. De jurk die hen zo laat stralen, dat ze vergeten dat ze zichzelf wellicht niet helemaal accepteren. Ze eigenen zich voor een paar duizend dollar een hele mooie buitenkant toe, maar zal de binnenkant daardoor ook mooier worden?
Ik krijg soms ook het idee dat de trouwjurk symbool staat voor persoonlijk geluk en een lang en gelukkig leven met de betreffende soon to be echtgenoot. Wat? Twaalfduizend dollar? Een koopje! Een bedrag waar je een jaar lang boodschappen van kan doen in een gezin van vier. Wat vind ik het soms heerlijk om naar de onbenulligheid van dit alles te kijken, zonder dat ik er iets mee hoef.
Toen ik laatst zelf boodschappen deed, kwam ik in een winkelcentrum hier in de buurt langs een cadeauwinkeltje. Ik zag bij de koopjes een houten lat staan, die je tegen de muur kunt hangen, met daarop de tekst ‘Say yes to the mess’. Ik vond hem briljant. Ik begon van binnen te giechelen (enigszins met een beetje schaamte dat ik hem zo snel snapte, dat dan weer wel… Het is niet voor niets een guilty pleasure!). Ik dacht er even kort over na of ik het grappig genoeg vond om hem te kopen (hij kostte maar 5 euro) om hem aan mijn dochter te geven: een heerlijke puber met een rommelslaapkamer. Maar ik liet hem staan.
Sindsdien laten die woorden me niet meer los. ‘Say yes to the mess’. Ik moet er steeds meer om lachen. Soms is het hier in huis ook wel eens een mess en het lijkt me leuk om die lat ergens in huis op te hangen, als omhelzing van het feit dat ik nu eenmaal geen perfecte huisvrouw ben. Terwijl ik in mijn hoofd de ruimtes na ga waar ik hem zou kunnen hangen, bedenk ik me dat alle kamers eigenlijk te netjes zijn om überhaupt van een mess te spreken. Ook best een leuke constatering overigens.
Weer een dag later, spoken de woorden nog steeds door mijn hoofd. Wat een super slogan! Hoe geweldig zou het zijn als wij onze innerlijke mess (want soms is het gewoon een janboeltje in hart en hoofd) volledig zouden willen aanschouwen. Helemaal ‘Ja!’ daartegen zeggen. ‘Saying yes to my inner mess!’ Gelijk bruisen er ideeën naar de oppervlakte voor een geweldige rommelworkshop, uiteraard genaamd: Say yes to the mess. Neem al je zooi mee en laten we er samen volledig ‘Ja!’ tegen zeggen, roepen en schreeuwen.
Stel dat alles er mocht zijn, alles waar je niet zo blij mee bent: of het een gebeurtenis is of iets aan jezelf dat je niet prettig vindt. Alles mag. Wat zou dat dan waard zijn? Zou je voor een volledige ‘Ja!’ tegen jezelf, nét zoveel of zelfs meer betalen als voor die ‘Ja!’ van die ene jurk? Als je antwoord daarop positief is, dan heb ik goed nieuws voor je: de ‘Ja!’ die je tegen jezelf zegt, kost namelijk helemaal niets. Saying yes to the mess kost nul, nada, nop. Maar wat het je oplevert, dat is onbetaalbaar. Yes!
Ans Houben
(Taalfoutje gezien? Meld het dan. Alvast bedankt!)
Volg Sophia Magazine op Bloglovin
Leave A Reply