Martijn gaat in therapie
Na haar scheiding zorgt Loes (50) voor haar 16-jarige zoon Martijn die in een diepe depressie is beland. Een lange zoektocht begint naar het antwoord op vele vragen. Hoe is dit zo gekomen? En hoe ga je ermee om? Wat betekent dit voor zijn broers Dirk (17) en Joris (16), en hoe leer je leven met de doodswens van je kind?
Martijn heeft hulp nodig
Martijn heeft duidelijk hulp nodig, maar als ik daarover begin, gooit hij gelijk de deur dicht. ‘Ik ga echt niet met een psycholoog praten’. ‘Ik los het zelf wel op’. Maar ik zie dat hij het niet kan. Hij weigert te douchen, zijn tanden te poetsen, schone kleren aan te trekken. Overdag ligt hij op bed, de enige momenten waarop hij soms actief is, zijn ’s nachts.
Zijn hoofd zit vol
Dan hoor ik de voordeur dichtgaan, en lig ik met open ogen te wachten tot ik hem weer thuis hoor komen. En vraag me intussen af wat ik moet doen. Moet ik hem achterna? Komt hij nog terug? Moet ik de politie bellen? Martijn zegt dat hij het fijner vindt om ’s nachts door de stad te lopen. ‘Het is er dan stil, dan kan ik het wel verdragen.’ Zijn hoofd zit vol, zegt hij, en op die manier probeert hij er wat rust in te brengen.
Therapeut
Ik grijp de gelegenheid gelijk aan om over therapie te beginnen. Hij begint weer tegen te sputteren: ‘Ik ga echt niet op een stoel zitten praten.’ Maar als ik zeg dat deze therapeut met sport werkt, is zijn interesse gewekt. En gelukkig kunnen we op heel korte termijn terecht.
Hij wil wel, maar weet niet hoe
Tijdens het intakegesprek zie ik een sombere, magere puber met gebogen hoofd zijn verhaal doen. Hij vertelt dat hij zijn vader nooit meer wil zien, maar dat hij het daar heel moeilijk mee heeft. In korte, bijna gefluisterde zinnen zegt hij dat hij het zelf op wil lossen, maar dat hij geen uitweg meer ziet.
OK dan ..
In de gymzaal waar we zitten mag hij van Elles, de therapeute, alles verbouwen, alles erbij slepen om zijn woede eruit te gooien. Het lijkt hem wel wat, ook als Elles eraan toevoegt dat ze na zo’n oefening wel degelijk gaan praten. Met een zucht gaat hij daarmee akkoord.
Therapie zet iets in beweging
Ik ben blij met het lichtpuntje. En ontzettend opgelucht dat er iemand is die wél weet wat ze tegen hem moet zeggen. Ik reageer enthousiast als Martijn doodmoe weer in de auto stapt, zeg dat hij ontzettend goed zijn best doet, dat ik blij ben dat hij deze stap heeft gezet. Dat dit hem vast gaat helpen. ‘Zal wel,’ is het antwoord. De dagen erna ligt hij bij te komen op bed. De therapie put hem uit, maar ik zie het als een teken dat er wat in beweging komt.