Zien
Zien
De vraag heeft me altijd gefascineerd of ik hetzelfde zie als jullie. Wie zegt mij dat een huis of een park er hetzelfde uitziet in mijn beleving als die van een ander? Als kind word je gewezen op dingen om je heen en krijgen deze dingen een naam. we zien ze, maar wie zegt mij dat we allemaal eenzelfde beeltenis geven aan de dingen die we tegenkomen?
Alzheimer
Mijn vader kreeg in de laatste jaren van zijn leven last van geheugenverlies. Niet alleen wist hij zich niet alles meer te herinneren, hij raakte ook het verband kwijt. En op het laatst zag hij dingen die wij niet zagen. Betekende dit dat hij het verkeerd had, of zag hij meer dan wij? Als hij zei dat het heel druk was op straat en wij zagen of hoorden niets of niemand, wie had er dan gelijk?
Nuchter
Mijn moeder was vrij nuchter en werd weleens ongeduldig. ‘Natuurlijk is het niet druk op straat. kijk er loopt toch niemand?’ Mijn vader kon dan een beetje ongelukkig voor zich uitkijken. In de war en onzeker, want hij wist toch zeker dat er wel een hoop mensen liepen. Ik vond het in het begin wat lastig hoe ik hiermee om moest gaan. Maar besloot al snel dat ik met hem mee zou doen.
Eerlijk
Dat was misschien niet helemaal eerlijk, maar nogmaals hoe kan ik zeker weten dat als ik iets niet zie, het ook niet bestaat? Zo was mijn vader op een middag erg onrustig en vroeg of ik oma wilde ophalen uit de gang. ‘Zit oma in de gang?’ Ja, hij was er stellig van overtuigd. ‘Waarom komt ze niet binnen?’ Ik wist het niet. Dus ik liep naar de gang, zag niemand maar vroeg of oma niet liever binnen wilde zitten.
Terug
Eenmaal terug in de kamer waar mijn vader lag vertelde ik hem dat oma het prima naar haar zin had in de gang en dat ze misschien later nog wel even binnen zou komen. ‘Heeft ze het niet koud?’ vroeg hij. ‘Nee hoor, ik heb haar een deken gegeven en ze is heel comfortabel.’ Mijn vader was hier zo opgelucht en blij mee dat ik het niet zo erg meer vond dat ik tegen hem had ‘gelogen’.
Leugens
Maar, wat is de waarheid? Zou het niet zo kunnen zijn dat mensen die al in een soort transitie zitten van de ene fase naar de andere, dingen zien die wij (nog) niet kunnen zien? En wie ben ik om dit tegen te spreken? Is het belangrijker dat iemand iets ziet dat ik op dat moment niet kan zien? Of is het belangrijker dat ik gelijk krijg?