Zulajka opent haar ogen van Guzel Jachina
‘Stomme trien, zo had Vampiria haar als eerste genoemd. Zulajka had niet in de gaten gehad dat ze na enige tijd zichzelf zo was gaan noemen.’ Stomme trien (мокрая курица) is de vernederende naam voor Zulajka. Ze is een eenvoudige boerin die een onderdrukt bestaan leidt, maar dat zelf niet lijkt te beseffen. Zulajka woont in Joelbasj, een Tataars dorp, samen met haar brute man Moertaza en haar schoonmoeder. Ze noemt haar schoonmoeder Vampiria en deze blijft ook na haar dood een rol spelen in Zulajka’s leven. Hoe ze zich ook uitslooft voor haar man en schoonmoeder, Zulajka vindt geen greintje respect en al zeker geen liefde in hun aardedonkere hut, noch in hun hele grauwe bestaan. Het leven van de Tataarse dorpelingen en van Zulajka neemt een onverwachte wending in 1930.