Therapiesessies
Na haar scheiding zorgt Loes (50) voor haar 16-jarige zoon Martijn die in een diepe depressie is beland. Een lange zoektocht begint naar het antwoord op vele vragen. Hoe is dit zo gekomen? En hoe ga je ermee om? Wat betekent dit voor zijn broers Dirk (17) en Joris (16), en hoe leer je leven met de doodswens van je kind?
Doodmoe
Ik ben doodmoe. Al maanden durf ik het huis nauwelijks uit, hooguit een paar uurtjes, tussen twee maaltijden in.
Heel langzaam gaat het beter
Maar het gaat langzaam, heel langzaam beter. We hebben de therapiesessies wat verder uiteen gepland, eens in de twee weken in plaats van elke week. Nu heeft Martijn wat meer tijd om tussendoor op de been te komen. En heel af en toe heeft hij een goede dag, een dag waarop hij zijn bed uitkomt, even naar buiten gaat, zijn best doet met eten. Hij is zelfs al wat aangekomen, al is het maar 2 kilo. Zijn ogen staan minder hol, zijn huid is minder dof.
We praten veel
We praten geregeld, over de therapie, over hoe hij zich voelt. Maar ook over leuke dingen. Grappige youtube-filmpjes, flauwe films, muziek. En over Alex. Ik vertel hem dat papa zich zorgen maakt, dat hij hem mist en graag wil zien. Toen ik dat een paar weken geleden zei, haalde Martijn zijn schouders op en mompelde: ‘Meent ie toch niks van’. Nu zegt hij niets, maar dat zie ik wel als vooruitgang.
Evaluatie
Hij heeft er inmiddels zes therapie-sessies opzitten, het is tijd voor een evaluatie. En tot mijn grote verbazing zegt Martijn tegen Elles dat hij bij zijn vader op bezoek wil, terug naar zijn oude huis. Hij heeft er zo te zien goed over nagedacht, het is geen opwelling. Als we weer thuis zijn, bel ik Alex. Die is dolblij als ik hem vertel wat Martijn van plan is. ‘Hij mist het huis,’ zeg ik. ‘Hij wil bij je komen eten’.
Voorjaar
Een paar avonden later is het zover. Als Martijn weer terugkomt, schenk ik er niet al te veel aandacht aan. ‘Fijn dat je er weer bent’. Martijn geeft me een knuffel, en gaat gelijk naar bed. De weken erna gaat het met sprongen vooruit. Het voorjaar begint, de dagen lengen, dat scheelt ook vast. Ik zit steeds vaker ’s avonds met twee jongens aan tafel in plaats van één. En dan wordt er steeds vaker meer gegeten dan een paar hapjes.
Goede dagen komen vaker
Natuurlijk gaat het niet in een rechte lijn omhoog, er zijn nog regelmatig dagen waarop het echt niet gaat. Dan is hij zo moe… of gewoon nog erg somber. Maar de balans begint om te slaan, de goede dagen komen steeds vaker. Tot het moment komt waarop we samen voor het laatst naar therapie gaan.
Opbouwen van zijn kracht
Wat een verschil met die intake, een paar maanden geleden. Daar zat toen een broodmagere jongen, met holle ogen, een matte stem. Nu kijkt hij Elles recht aan, verwoordt helder zijn gedachten, klinkt beslist en weloverwogen. Wat is hij groot geworden, mijn jongste kuiken. Zijn gewicht begint weer richting gezond BMI te gaan, hij wil weer gaan sporten. Via de huisarts regel ik een plek bij een fysiotherapeut die hem begeleidt in het weer opbouwen van zijn kracht.
Belangrijke lessen
Martijn heeft Alex niet langer geblokkeerd op de app. ‘Ik doe maar gewoon tegen papa,’ zegt hij. ‘Maar ik hou me wel in, hoor’. Ik zeg dat hij het prima doet. Dat het al voldoende is als ze gewoon beleefd tegen elkaar kunnen doen. Hij vertelt wat hij van Elles heeft geleerd. ‘Als ik me ergens aan erger bij papa, dan bedenk ik of hij misschien overdrijft, of ik niet overdrijf. Dan vlieg ik er als een helikopter boven en bekijk de situatie. Dat helpt heel goed.’ Wat ben ik trots op hem. En wat heeft hij een belangrijke lessen geleerd, die hem een heel leven nog van pas zullen komen.