Niets gebeurt tweemaal en niets zal tweemaal gebeuren. Dit is de eerste regel van een gedicht van de onovertroffen Poolse dichteres Wisława Szymborska (1923 – 2012). Elk jaar wordt het lente, maar geen enkele lentedag is dezelfde. Geen moment dat ooit terugkomt. Telkens als de eerste zon zich laat zien, word ik bijna kinderlijk blij. Elke keer opnieuw ben ik verwonderd, ontroerd zelfs, wanneer de eerste bloesems verschijnen. Ik kan met zekerheid stellen: de lente is mijn favoriete seizoen. Misschien, omdat ze meer dan de andere seizoenen de belofte van iets nieuws in zich draagt?
Appelboom
De lentezon schijnt, de appelboom staat in bloei. Inderdaad, appelboom. Eentje. Twee jaar geleden kreeg ik hem cadeau van studenten. Geef toe, toch wel een origineel geschenk. Ik weet nog altijd niet of ik er iets moet achter zoeken, of deze gift een bepaalde symboliek meedraagt of gewoon een ingeving van het moment was. Zou onze juf van bloemen houden? Laten we haar een appelboom geven! Hoe het ook zij, het is niet anders: op mijn koertje staat één (scheve) appelboom te bloeien dat het een lust is. Vorig jaar schonk hij me welgeteld zeven appels, die ik trots ronddeelde aan mijn beste vrienden.
Nu zou ik graag schrijven: in het lommer van de appelboom, maar dat zal wegens zijn geringe omvang niet gaan. Dus wordt het: naast onze appelboom. Naast onze appelboom zaten mijn dochters en ik in het lentezonnetje citroensorbet te lepelen. Marie was net terug van haar eerste skireis. We hebben haar bij momenten echt gemist. Haar verhalen over het skiën maakten een sterke indruk op Hanna, haar zus. Hoe ze eerst als beginneling op de groene piste moest, hoe ze amper een dag later al gepromoveerd werd tot de blauwe én de rode piste, hoe ze verloren in een megasneeuwstorm de groep bijna kwijtraakte, hoe ze een pijnlijke val amper overleefde, hoe ze eerst wat onhandig, maar kort daarna gezwind de pannenkoekenlift tussen haar benen zwiepte, het was me wat!
Harmonie en tweedracht
Nu eens keek ik naar de bloemetjes aan mijn appelboom, dan weer naar mijn converserende dochters. Het gesprek kabbelde gezapig door, ik genoot met volle teugen. Wat zijn ze groot en groen tegelijk. Stoer én vertederend. Nu eens bloedserieus, dan weer licht en vrolijk. Binnen deze dualiteiten zijn ze soms een twee-eenheid, soms een tweekamp. Harmonie en tweedracht. Soms zo toegankelijk en open, soms omringd door een muur zo hoog als de Chinese Muur lang is. Het is me wat!
Ik kon rechtstaan en de was ophangen. Of mijn boek nemen en verder lezen. Ik kon de bloemen op het terras water geven. En de appelboom uiteraard. Maar mijn benen weigerden dienst. Mijn hele lichaam vroeg me met aandrang gewoon te blijven zitten. En dat deed ik. Half luisterend naar mijn dochters, half in gedachten verzonken.
Alles is op zijn plaats, in voorbeeldige harmonie.
Zover het oog reikt heerst hier het moment.
Een van die aardse momenten
die men vraagt: ga niet voorbij.
Zonnige lentedag
Szymborska verwoordt precies en zo mooi wat ik op dat moment voelde. Moment, ga niet voorbij. Laat alles nog even zoals het nu is. Op deze zonnige lentedag naast de scheve, bloeiende appelboom.
Nele Ninclaus
- Tienermoeder 1
- Tijd om te lezen is altijd gestolen tijd, net als de tijd om te beminnen: Tienermoeder 2
- In to the wild: Tienermoeder 3
- Liefde: Tienermoeder 4
- Lentedag: Tienermoeder 5
- Tante Sveta: Tienermoeder 6
Volg Sophia Magazine op Bloglovin of ontvang voortaan een melding in je mailbox als er een artikel verschijnt. Hoe? Door een – gratis – abonnement op Sophia Magazine te nemen: laat rechts bovenaan deze pagina je e-mailadres achter!
Leave A Reply