Zwemplekken in Bretagne
|
Zes zwemplekken langs de route in Bretagne
|
Ben je 40-, 50-, 60-, 70-, 80-, 90- of 100-plus? Dan is Sophia Magazine hét online magazine voor jou.
Wil je een avondje met vriendinnen op stap? Wie of wat houd je tegen? Check de agenda dansen. Ben je meer een festivalgangster? Dan is de agenda festivals voor jou the place to be. De agenda vakanties is niet zo maar een overzicht met reizen. Dit zijn single reizen voor hogeropgeleide 40-plussers.
Verder vind je op Sophia Magazine artikelen over onderwerpen die jou interesseren: werk, geld, liefde, relaties, schoonheid, mode, gezondheid, reizen, wonen en uitgaan. Het zijn artikelen geschreven voor en door powervrouwen.
Ben je ook een specialist in één van deze thema's? Word dan schrijver bij Sophia Magazine! Op de pagina Vacatures vind je meer informatie hierover.
|
|
Heb jij er wel eens last van? Van hangjongeren? Bij mij op de hoek bij de ING bank stonden ze vaak in groepjes bij elkaar bij de pinautomaat. Er was geregeld ruzie, maar de laan is breed en je kon er makkelijk aan de overkant langs mocht je bang zijn om er vlak langs te lopen. Ze hadden nog weleens ruzie en dan was het niet prettig om je daar in te storten.
Maar de ING is weg, de pinautomaat al langer en we hebben er hier in de buurt geen last meer van. Het schijnt echter een ramp te zijn in andere gebieden. Ik ken een jong gezin die erom zijn verhuisd. Je zal misschien denken dat dit wel heel drastisch is. Dat is het ook. Maar ze konden niet langer blijven wonen in hun, verder zeer comfortabele en leuke, woning.
Ze voelden zich niet veilig en het was zelfs gevaarlijk wanneer die hele groep jongeren voor hun deur stond. Ze woonden op een hoek in een keurige nieuwbouwwijk. Wat die jongens nu juist voor hun deur moesten zoeken was een raadsel. Ze woonden op een hoek, misschien was dat aantrekkelijk. Verder was er niets te doen. Geen grasveldje, geen bankjes, gewoon een doodgewone stoep in een heel normale woonwijk.
De moeder van het gezin is een vrolijke, mooie blonde dame. Zij kon niet langs de groep lopen of er werden seksistische opmerkingen geroepen, gefloten en gesist. Toen haar echtgenoot naar de jongens toeliep om verstandig met ze te praten en vriendelijk te vragen of ze daar mee op wilden houden leken ze het te begrijpen en beloofden ze beterschap.
Maar daar kwam direct al niets van terecht zodra zij haar hoofd buiten de deur stak. Hun opgroeiende kinderen durfden niet meer naar huis als de jongens daar stonden. Hun ouders moesten meelopen, niet dat dat veel verschil maakte in hun agressieve houding. De mobieltjes moeten ze thuis laten want de hangjongeren hebben het gemunt op mobiele telefoons en pakken ze af van de jongere kinderen.
Natuurlijk is de politie meermalen gebeld. Die komen en jagen de jongens weg, zeggen dat ze niet meer terug mogen komen. De politie is nog niet de hoek om of ze staan er weer. Dat heeft totaal geen zin. De kracht van groepen zit hem er juist in dat het groepen zijn. Spreek je ze alleen aan dan zijn het lieve jongens. Maar in een groep durven ze en willen ze stoer doen tegenover hun vrienden.
Natuurlijk herken ik dat. Als tieners waren wij ook altijd bij elkaar en spraken we af bij de vijver in het dorp. De meesten kwam op brommers, de rest op de fiets. Het enige wat we deden was stiekem roken en bier drinken. En zou er al politie in de buurt zijn geweest die ons verboden had daar met z’n allen te blijven staan dan hadden we dat niet meer gedurfd en hadden een ander plekje opgezocht. We waren hangjongeren maar hadden nog wel enig respect voor ouderen en politie.
Het is een probleem en schijnt niet zomaar op te lossen te zijn. Jongeren klitten bij elkaar. Natuurlijk, dat is normaal en hun goed recht. Maar als mensen te bang worden om hun eigen huis in of uit te gaan dan is het niet normaal meer. Dan ontstaat er angst, ruzie, onbegrip en voor je het weet is het oorlog. En dat willen we ten alle tijden voorkomen in ons vredelievende landje.
Ik hou van fietsen. Gelukkig maar, want ik ben niet in het bezit van een auto. En het is fijn als je net iets verder wil gaan dan dat je lopend kan bereiken. Ik ben ook liefhebber van de Tour de France, die op dit moment weer volop bezig is in het prachtige Frankrijk. Als ik de beelden voorbij zie komen van renners die hun best doen dan verbaast het me niets dat Frankrijk zo’n gewild vakantieland is.
Nu krijgen we tijdens deze tour natuurlijk de mooiste plekjes te zien. En vanuit de lucht heb je prachtige vergezichten op meren en bergen. Ik wil fietsen in Frankrijk. Nee, niet zo hard als de kerels die ik zie zwoegen, maar gewoon op mijn gemakje door die schitterende dorpjes en heuvels vol met zonnebloemen. Als ik zie dat het 40 graden is stel ik mijn wens iets bij.
Misschien kan je ergens rond een meer fietsen. Dat, zodra het zo warm wordt, je een lekkere koele duik kan nemen. Tegelijk heb ik medelijden met die mannen die nu 50 kilometer per uur fietsen langs zo’n meer. Wat een uithoudingsvermogen en wat een kracht. Zou dat wel goed zijn voor een lichaam, vraag ik me af, net als de commentator daar wat antwoorden op probeert te geven.
Ze trainen veel. Het hele jaar door zijn ze bezig met hun prestaties verhogen en tegelijk gezond leven. Om te kunnen fietsen in deze temperaturen en met deze snelheden, moeten ze als het ware een soort koorts ritten doorstaan. Want, zoals een oud renner beweert, stijgt de temperatuur van je lichaam zodanig dat het lijkt of je koorts hebt. Hallucinaties zijn dan ook ‘normaal’ in deze omstandigheden en men leert hiermee omgaan als je op de fiets zit.
Verkoeling is noodzakelijk. Veel ijs, verpakt in een soort pantykousje, op de rug en in de nek. En heel veel drinken. Is dat genoeg? Ik betwijfel het als ik die grimassen zie van de renners die klimmend en zwoegend in deze temperaturen uren lang in de brandende zon fietsen. Waarom zou je wielrenner willen worden? Zoals gezegd, ik hou van fietsen maar ik kan me haast niet voorstellen dat je kiest voor dit beroep.
Het is als eerste een sport waar je met hart en ziel van moet houden. Dat geldt natuurlijk voor alle beroeps sporters. Maar als ik zie wat je er allemaal voor over moet hebben en hoe vaak het mis kan gaan door flink te vallen en van alles te breken dan is mijn eerste gedachte dat die renners allemaal een beetje gek moeten zijn. En misschien is dat ook wel zo. Ieder jaar vallen er een aantal renners af door botbreuken. Het blijft een gevaarlijke sport, ook al proberen ze het zo veilig mogelijk te houden.
Ik zie het verslagen gezicht van Cavendish in de auto, net voor hij de tour verlaat. Ik hoor het verhaal van Bilbao, die fietst voor zijn overleden maatje. Ja, gevallen in de tour en niet meer opgestaan. Ik hoor van de hartaanvallen en gezondheidsproblemen van oud-wielrenners. En ik ben blij dat ik mijn eigen tempo mag aanhouden op mijn stadsfiets. Geen gevaar voor waaiers, geen peloton waar ik met zo’n honderd anderen rekening moet houden.
Ik neem de tijd om te genieten van de mooie Nederlandse natuur. Ik zie korenbloemen en klaprozen in de berm. Ik roep hallo naar een koe en zie tot mijn grote vreugde een valk met zijn vrouwtje hun nest bewaken. Ze geven me waarschuwende kreetjes dat ik niet te dichtbij mag komen. Ik fiets lachend onder hun boom door en laat ze graag met rust. Fietsen is mooi, geniet ervan.
Ik ben niet zo’n festival ganger, maar een kersenfestival lijkt me erg leuk. Gisteren was het zo ver. Een uur fietsen, door prachtig landschap, was het waard. Het was snikheet maar gelukkig werd het festival gehouden in de boomgaard waar genoeg schaduw was. Alles stond in teken van de kers. En laat dat nu net mijn favoriete vrucht zijn, dus ik kon mijn hart ophalen.
Naast de vele tentjes met eten en drinken was er ook de hele middag muziek. Van toeters tot pop, van zangkoren tot rock. Met een lekker kersenijsje was het goed uit te houden. Mijn zus en zwager waren er ook, dat is altijd gezelliger dan in je uppie. We hebben nog even overwogen om mee te doen aan de kersenveiling, maar wat moet je met een paar kilo kersen. Ik heb ze weleens geprobeerd in te vriezen maar ze worden er niet lekkerder op. Je kan ze hooguit nog gebruiken in een cake of ander baksel. Maar vers zijn ze toch het lekkerst.
Nu heeft de kers een nadeel. Hij werkt erg laxerend. Daar kwam ik ooit achter nadat ik een pond kersen achter elkaar op had gegeten. Geen goed idee. Ik geef het maar even mee als tip. Nu doe ik er zuinig mee. Iedere keer een handje. Maar het is moeilijk er vanaf te blijven. En och, wat een luilekkerland op zo’n kersenfestival. Alles wat je je kunt bedenken in kersensmaak en gemaakt met kersen. Van de ‘gewone’ kersenjam tot allerlei drankjes met of zonder alcohol.
Bij de boomgaard ontdekten wij een grote landwinkel die het hele jaar openblijft. Vol ontzettend leuke cadeautjes. Ik scoorde er een pakje hele leuke servetjes met kersenprint. En kreeg van mijn zus heerlijke scharrelroom met een schattig bijpassend glaasje. Naast de biologische groenten en fruit hebben ze nog veel meer leuke hebbedingetjes. Potjes, glazen, speelgoed, Ik werd verliefd op een ‘kersenbordje’ van keramiek. Handgemaakt, dus ik heb hem even laten liggen. Op zich was het de €12,95 meer dan waard, maar nu even niet. Het is ook niet zo dat ik geen bordjes en schaaltjes meer heb…
Maar zo’n winkel maakt hebberig. Ben je nu heel erg benieuwd waar die landwinkel zit? Dan zal je naar Cothen moeten. In de boomgaard ligt het een beetje verscholen, maar er staat vast een bordje. En anders weet iedereen in de omgeving je de weg te wijzen. Zondag en maandag zijn ze dicht. Ik ga er zeker nog eens heen. En de kersen? Die zijn bijna op, maar waren zo heerlijk dat ik tijdens het kersenseizoen daar zeker nog eens langs fiets. Het is de fietstocht waard!
Volgens onderzoek besteed maar 40% van de Nederlandse bevolking hun vakantiegeld daadwerkelijk aan vakantie. Ik moet altijd een beetje lachen om dat ‘volgens onderzoek’. Zeg eerlijk, ben jij ooit weleens gevraagd voor zo’n onderzoek? Ik niet en mijn kennissen/vriendenkring ook nog nooit. Maar goed, we zullen ervan uitgaan dat het inderdaad onderzocht is.
Ten tweede hadden ze, wat mij betreft, niet eens zo’n onderzoek hoeven houden. Want ik had het ze zo kunnen vertellen. De enige verrassing is dat het toch nog 40 % is, die het geld werkelijk besteed aan een vakantie. Ik denk steeds vaker dat vakantie iets is voor een select groepje rijke mensen. De groep mensen met een modaal inkomen, of veel minder, groeit. Dan is er ook nog een groep mensen die helemaal geen vakantiegeld krijgen. Denk aan al onze ondernemers.
‘Ja, dan moet je maar zuinig doen, dan kan jij ook’. Dat geldt niet meer. Natuurlijk hebben we jaren gehad waarbij het niet op leek te kunnen. We gingen met de wintersport en we gingen uitgebreid naar verre oorden in de zomer. Om dan ook nog tussendoor een lang weekend een stedentripje of een Center-Parcje te boeken. Het was heel ‘gewoon’ en we dachten er niet eens over na.
Maar de tijden zijn omgedraaid. Een gezin met kinderen kan het zich niet meer veroorloven om een paar weken naar het buitenland te gaan. En niet alleen zij. Als ik om me heen kijk ben ik echt niet de enige die haar vakantiegeld aan belangrijker dingen uit moet geven dan aan een vakantie. Niet dat een vakantie niet belangrijk is. Maar er liggen rekeningen die betaald moeten worden en die gaan voor.
Toch mogen en hoeven we niet te klagen. Het is hier 30 graden en het ziet ernaar uit dat het zomerse weer voorlopig aanhoudt. Dan gaan we toch gewoon hier in Nederland vakantie houden? Helaas is Nederland een van de duurste vakantielanden van Europa. Dus of je het hier redt met een paar honderd euro is maar zeer de vraag.
Toch heb ik een paar tips uit eigen ervaring. Ik ben gisteren een dag naar zee geweest. Toegegeven: Ik heb fantastische vrienden, die mij vaak trakteren. Ik hoor je zeggen: ‘Oh ja, maar zo kan ik het ook.’ Dat snap ik. Ik ben er ook enorm dankbaar voor. Maar sowieso, als je met een groepje gaat en een van jullie heeft een auto dan kun je de benzine delen en kost het je niet veel geld om bij het strand te komen. Ook zou je kunnen kijken wat het kost met trein en bus. Dat valt vaak ook erg mee. En woon je in de buurt van een meer met strandjes, dan ben je helemaal gelukkig. Dan pak je de fiets.
Wij zaten gisterenavond tot laat op het strand. Het viel ons op dat de meesten een koelbox of tas bij zich hadden. Er werden tussen de middag broodjes uit gehaald en er was voldoende te drinken. Tegen het einde van de dag kwamen de pizzadozen op het strand. De lokale pizzatent heeft goud geld verdiend gisteren. Ook werd de patatkraam druk bezocht. De restaurants hadden lege tafeltjes over. Dat is weleens anders geweest. Ik kan me de jaren herinneren dat er een uur of langer wachttijd was.
Ja, het kost altijd wel geld. Maar het hoeft niet zoveel te zijn. Je kunt zelf iets van huis meenemen. Dat is misschien even een stapje terug, want we zijn dat niet meer zo gewend. Heb je een fiets ga er dan lekker fietsend op uit. Het is gezond en Nederland is mooi. Neem wat broodjes en drinken mee en je krijgt toch echt een vakantiegevoel.
Een van de (schrijf)oefeningen die ik jaren geleden leerde was om een keer per week een date met jezelf (of met je gezin als je dat hebt) te plannen. Weg te gaan van huis en een paar uur relaxen. Je komt weer ‘bij je zelf’. En dat hoeft in principe niets of weinig te kosten. Neem een tas met lekkers mee, gooi een paar koelelementen in je tas en vindt een lekker plekje. Laat je telefoon thuis, maar pak een boek, een puzzelboekje, een schetsboek of een journal mee. Of even…helemaal…niets…
Een vakantie hoeft niet een vakantie van een paar weken in het buitenland te zijn. Een vakantie kan een paar dagen per jaar zijn. Ze hoeven niet eens aangesloten te worden. Zo een keer in de week, of maand, een dag (of middag) een date met jezelf, met je gezin, met vrienden. Buitenshuis. Ontdek je omgeving terwijl je ontdekt wat je leuk vindt en dat het leven met of zonder geld zoveel waarde heeft.
Er moet meer gezongen worden. Als je zingt kan je niet verdrietig zijn. Automatisch verandert je hele stemming. Ook fysiek ga je er op vooruit. Probeer maar eens zingend op de fiets te gaan zitten en let dan op je lichaamshouding. Je hoofd gaat een tikje omhoog, je schouders zakken, je voelt je van binnen en van buiten blijer.
Ik ken veel mensen die de hele dag de radio aan hebben. Vroeger op mijn werk hadden we dat ding ook de hele dag aan. Het werd een gewoonte, waar ik thuis ook niet meer zonder kon. Zodra ik mijn oordopjes uitdeed als ik thuis kwam ging direct de radio aan. Gezellig.
Van die gewoonte ben ik afgestapt. Ik vind het nu ook heerlijk om stilte te horen. En voor degenen die nu gelijk roepen: ‘Stilte kan je niet horen!’ zeg ik; ‘Ja hoor, probeer het maar eens.’ Doe je ogen dicht en luister naar de stilte. Woon je midden in de stad, zoals ik, zet dan een koptelefoon op zonder muziek. Of wacht op de nacht.
Er is een tijd voor stilte en er is een tijd voor muziek. Voor mij is de tijd voor muziek altijd in de keuken. Al ga ik, bij wijze van spreken, alleen even een kopje naar de keuken brengen dan doe ik toch even mijn cd speler aan. Toen het ding kapot ging ontstond er dus ook echt even een leegte. Gelukkig werd die met de kerst weer gevuld toen ik een mooie cd-speler van mijn moeder kreeg.
Ik kan niet koken en bakken zonder muziek en hard meezingen. De wereld en mijn bakkunsten worden er mooier van. Kleine geluksmomentjes kun je zo makkelijk zelf maken. En die gedachte brengt me op een herinnering van een vriendin van mijn nichtjes.
Hoi Suus, ik ga je even in het zonnetje zetten. Omdat jij ook dat zonnetje altijd doorgeeft. Ik zie, en vooral hoor je in gedachten, nog vaak langs mijn huis fietsen. Hard, heel hard en heel blij, zingend op de fiets. Ik lach. Ik kan niet anders. En kijk uit het raam. Ja, daar gaat ze. Vol overtuiging en vol overgave, uit volle borst, zingt ze mee met de muziek die in haar oor streamt. Heeft ze toevallig geen muziek in haar oor, dan maakt ze die zelf. Voorbijgangers lachen en steken hun duim omhoog. Suus is blij. En Suus is vooral zichzelf. Daarom mag iedereen haar zo graag.
Nu las ik onlangs dat er een ‘zingend op de fiets’ fietspad bestaat in Nederland waar aan het begin een bordje staat. Dit fietspad mag je alleen betreden als je zingt. Hardop. Hoe leuk is dat? Ik stem er voor dat ieder fietspad in Nederland die regel overneemt. Het hoeft niet zoveel moeite te kosten. En de gemeenten in Nederland hoeven niet eens geld uit te geven aan bordjes. Want hoe meer ik langs de paden fiets, hoe meer het me opvalt.
Dat zingen besmettelijk is weten we wel. Maar het bewijs wordt geleverd als je ziet en hoort hoeveel mensen er tegenwoordig zingend op de fiets zitten. Nee, niet alleen tieners, maar vooral ook ouderen. Vaak neuriën die wat voor zich uit, maar het begin is er.
Zo hoorde ik gisteren een ‘zingende bel’. Blijkbaar reed ik nogal aan de linkerkant van het fietspad want ik hoor ineens een heel vrolijk; ‘ringerdiering, ding ding ding, ringerdiering!’ achter me. Op een vrolijk, eigengemaakt wijsje. Hij had blijkbaar geen bel. Of hij had besloten dat deze eigengemaakte bel veel leuker was. En hij had gelijk. Ik lach en ga gelijk aan de kant rijden. Tot mijn verbazing komt er een jochie van een jaar of acht voorbij rijden. Hij geeft me nog een grote glimlach en zingt: ‘Dag mevrouwtje!’
Ik had het joch een dikke knuffel willen geven. Wat heerlijk. En wat kan zo’n klein gebaar van grote invloed zijn. Ik heb mijn hele verdere weg met een warm gevoel en een lach op mijn gezicht gereden. Kleine geluksmomentjes. Koester ze en geef ze aan elkaar door.
www.ellensommer.com
Waar zou je nu nog eens een leuk weekend kunnen doorbrengen in ons eigen land? Waar beter dan in mijn stad Zeist. Ik gebruik expres het woord ‘stad’. Dat is namelijk nogal eens een strijd hier. Zijn wij nu wel of geen stad? We hebben geen stadsrechten. Dus nee. Maar wij hebben wel het aantal inwoners, infrastructuur en winkels om ons tegenwoordig een stad te mogen noemen.
Echt belangrijk is het natuurlijk niet. Maar het geeft al wel een klein beetje weer hoe de Zeistenaren zijn. Over het algemeen doen wij ons graag een beetje groter en mooier voor dan we zijn. Het begrip ‘Zeisterse kak’ heeft dan ook een speciale betekenis in de wijde omtrek.
Niet dat we veel overdrijven wanneer het aankomt op onze gezellige straten, ons winkelcentrum en onze natuur. We pikken er graag ook een stukje van mee uit de omgeving. Want Zeist ligt fantastisch. Vlak onder Utrecht met alle uitvalswegen naar de rest van het land. We hebben zelfs ons eigen treinstation. Hoewel dat officieel in het buurdorp Driebergen-Rijsenburg ligt. Het treinstation heet al jaren ‘Driebergen-Zeist’. Er wordt nog steeds fel gestreden om de twee namen om te draaien. Want ja, Zeist blijft Zeist, tenslotte.
We hebben een echt (Zeister) bos, waardoor je naar Austerlitz (gemeente Zeist) kunt wandelen. Er zijn prachtige natuurgebieden in en rondom Zeist. Vennetjes vind je op landgoed Heidestein, waar zich ook nog een echte schaapskooi bevindt. In het oosten liggen de bossen, in het westen de landerijen. Je zit binnen tien minuten in de ‘grote’ stad Utrecht.
Winkels vind je trouwens volop in het winkelcentrum in Zeist. De lange winkelstraat, de Slotlaan, eindigt bij het Slot Zeist. Een prachtig historisch kasteel wat je kunt bezoeken en waar ook geregeld exposities te zien zijn. In de slottuin vinden (in de niet-coronatijd) regelmatig festiviteiten plaats. Van concerten tot (kinder)theater. En als je uitgeshopt en gewandeld bent kun je op een van de vele terrassen en bij restaurants/barretjes lekker uitrusten.
Zeist grenst aan de Heuvelrug. Vandaar dat we ook veel fietsers mogen verwelkomen, het hele jaar door. Er wordt hier veel getraind. Glooiend of vlak terrein, mountainbikers en racers hebben alle mogelijkheden. Verder zijn er veel sportvelden voor hockey, voetbal, tennis en binnensporten kun je bij de vele sportscholen doen.
Omdat hier alles is wat een mens kan wensen. Wil ik me terugtrekken in de natuur dan kan dat. Wil ik juist lekker onder de mensen zijn, dan kan dat ook. Wil ik cultuur, er is altijd iets te zien of te doen. Er zijn in Zeist ook veel lezingen en veel mogelijkheden voor schrijvers en boekenfreaks zoals ik. We hebben de beste boekwinkel van Nederland: Kramer en van Doorn. En er wordt via de bibliotheek, maar ook via andere lokale instanties veel gedaan op het gebied van literatuur.
Ik ben een echte waterrat. Gelukkig is er in de buurt wel een mogelijkheid om te zwemmen bij een groot bosmeer. Maar Zeist zou helemaal perfect zijn als het een strand had. Want dat is het echt het enige dat ik mis in ons mooie dorp. Oh nee, stad.
Ik ben verliefd. Nu ben ik dit vaker, maar ik kan zeggen dat dit niet zomaar een kalverliefde is. Dit is echte liefde en blijvend. Mijn hele leven ben ik aan het reizen. Ik hou van het reizen op zich, het verplaatsen van de ene plek naar de andere. Nergens vandaan komen en nergens naar toe. Gewoon onderweg.
Als ik uiteindelijk bij een bestemming aangekomen ben kan ik daar mijn ziel en zaligheid aan geven. Vrienden en vriendinnen die een eindje met mij meereizen in dit leven weten wat ik bedoel als ik roep: ‘Oh, maar hier wil ik blijven wonen! Hier voel ik mij thuis.’ Ze weten dat ik na een paar dagen of weken weer blij en dankbaar mijn boeltje inpak om terug te gaan naar mijn knusse huisje.
Een heel enkele keer blijf ik echt hangen. De twintig jaar in Aspen, Colorado, zijn mij zeer dierbaar en Aspen zal altijd een groot deel van mij blijven. Maar Aspen is ver. Te ver om even een weekendje ‘op te laden’. Dus zocht ik een ander plekje thuis, weg van thuis.
Op een mooie zonnige zomerdag wilden een vriendin en ik naar het strand. Scheveningen is het dichtst bij. Maar we hadden zin in een keertje iets anders. Met mijn ouders gingen we vroeger ieder jaar op vakantie naar Schoorl. Heerlijke tijden. Zouden we weer eens een keertje die richting proberen?
We gingen naar Egmond aan Zee. Vanaf de eerste ontmoeting was ik ‘thuis’. Mijn vriendin lachte toen ik voor de zoveelste keer riep dat ik hier zou willen wonen. Nu, jaren later, weet ze dat die wens nog leeft. Als het maar even kan, ga ik ieder vrij weekend naar Egmond aan Zee.
De ligging is ideaal. Aan het prachtigste strand van Nederland ligt het gezellige dorpje. In de vrolijke winkelstraat met vooral lokale(!) winkeliers, vind je souvenirs en kleding die je nergens anders ziet. Natuurlijk hebben ze hier ook de gewilde klompjes en namaak delfts blauw. Maar kijk je even iets langer dan kun je de verleiding niet weerstaan iets bijzonders mee te nemen naar huis.
Al is het alleen al om je te helpen herinneren hoe lief en leuk de eigenaar en/of medewerkers zijn in die winkel. Want ook daarin staat Egmond aan Zee voor mij op nummer één. Ondanks de nooit aflatende stroom van (veeleisende en verwende) toeristen het hele jaar door blijft men altijd vriendelijk.
Is dat iets typisch Noord-Hollands? Ik geloof het niet. Ik heb het nergens anders gezien of meegemaakt in de wereld, dan in dit kleine toeristenplaatsje. Wanneer ik ernaar vraag krijg ik steevast het volgende, iets verlegen, antwoord: ‘We hebben er echt plezier in. We zijn een heel hechte gemeenschap en zijn met z’n allen trots op ons dorp. Dat willen we graag met iedereen delen.’ Mooi gezegd, maar ik weet, na 20 jaar in een wintersportgebied te hebben gewoond en gewerkt, hoe vreselijk moeilijk het soms is om je geduld te bewaren. Laat staan je goede humeur.
Ligt het aan de zee? Misschien heeft het er iets mee te maken. Maar storm, regen en altijd de wind kan ook onrustige gevoelens losweken. Hoe dan ook, de Egmonders zijn gastvrij, sociaal en hebben interesse in alles en iedereen om hen heen. Als je niet beter wist zou je geloven dat ze niets beters en lievers te doen hebben in de wereld dan het jou naar de zin maken. Dat is een kunst.
Overdrijf ik? Nee. Ik weet dat ik die neiging heb, maar in dit geval zweer ik dat dit niet het geval is wanneer het aankomt op Egmond aan Zee en haar inwoners. Dit is geen advertorial. Sophia Magazine krijgt hier geen cent voor. Het is puur een liefde en groot enthousiasme van de schrijfster voor dit mooie dorpje.
Heb ik de duinen genoemd? Uren wandelplezier in de duinen voor een kleine bijdrage dmv een duinenpas die je online kunt bestellen. Ga je liever fietsen? Fiets over de brede fietspaden alle kanten op en geniet van de vele bollenvelden in de regio. Is het een beetje regenachtig? Je hebt Alkmaar, Haarlem en Amsterdam om de hoek.
Maar je hoeft niet. Je hoeft niets in Egmond aan Zee. Geniet op het terras bij strandrestaurant ‘De Uitkijk’ van het uitzicht op de kitesurfers op zee. Neem gelijk dan even de beste garnalenkroketjes van Nederland bij je cocktail en vergeet op je horloge te kijken.
Egmond aan Zee heeft veel, zeer goede en gezellige, restaurants en terrassen. Toch moet ik nog even Klaas noemen, van restaurant Westenwind aan de boulevard. Vlakbij zee en het gezellige centrum konden we hier even uitrusten van de stormachtige wandeling vorige week. We raakten aan de praat (hoe kan het ook anders) met Klaas, die er ruim een week werkt. Klaas houdt van Egmond aan Zee. Geboren en getogen aan de kust kan hij zich geen beter plekje bedenken. Hij was een van de velen die ons zo welkom deed voelen.
Lieve dames (en heer) van de winkel met de mooie wandelschoenen: Mijn vriendin heeft erg veel plezier van haar schoenen. We hebben er al een heel aantal kilometers opzitten in jullie mooie duinen.
Tot slot rest mij nog één wens: Ik hoop dat ik jullie mooie Egmond aan Zee eer aan heb gedaan met dit artikeltje. Ik weet ook dat er nooit genoeg woorden zijn deze plaats en jullie allemaal recht te doen. Daarom blijf ik komen. Als dankbare toerist. Mijn koffer staat gepakt. Ik zie jullie volgende week weer. En wie weet: ooit kunnen we elkaar misschien buurman en buurvrouw noemen.
Heb jij ook zo’n zin eens naar Egmond aan Zee te gaan? Maar denk je dat dit te duur zal zijn? Tip: Er zijn vele aanbiedingen van Fletcher Badhotel Egmond aan Zee. Het hotel is iets verouderd en het heeft geen lift. Maar het ligt vlakbij de zee en het centrum. Het ontbijt is zeer goed. De kamers zijn klein maar netjes. Sommige nachten zijn al vanaf € 25,00 pp te boeken! Ook hier geldt de Egmondse gastvrijheid. Mirjam (en haar collega’s) zijn zeer behulpzaam en helpen je graag.
In de zomerperiode ga ik af en toe op de fiets naar mijn werk in plaats van met de trein.
Met Jim, een sportieve collega die ook in Zwolle woont, spreek ik om 7.00 uur af om vervolgens schouder aan schouder in een stevig tempo de 33 kilometer naar Dronten af te leggen. Op pure eerzucht en al babbelend doen we ongeveer een uur en 15 minuten over dit ritje. Voor recreanten en zeker voor ambtenaren is dat een serieus tempo op de vroege ochtend.
Meestal halen we iedereen in die voor ons fietst. Zelfs mensen op een elektrische fiets zijn een makkelijke prooi voor ons. Eigenlijk worden we alleen ingehaald door te dikke mensen op een scooter. Ze halen je in zonder opzij te kijken en als ze het stuur naar rechts draaien, heb je als fietser even het voordeel van de slipstream van de scooter. Enkele seconden kijk je dan naar de brede rug en het achterwerk van de man of vrouw op de scooter. Een achterwerk dat aan twee kanten een stukje over het brede zadel zakt.
Jim is dertig jaar jonger dan ik. Hij is zo’n typische fit boy, met een rank maar gespierd lichaam. Hij eet gezond en doet veel aan sport. Hij fietst heel Europa door, loopt regelmatig een halve marathon en doet daarnaast thuis dagelijks zijn fitness oefeningen om zijn core en bovenlichaam in shape te houden. Maar het mooie aan Jim is dat hij ook niet te beroerd is om af en toe los te gaan in de kroeg. “Dan moet ik alleen de volgende dag van mezelf een stukje langer en sneller lopen”, zegt hij. Daarmee wordt voor zijn gevoel het teveel aan bier gecompenseerd.
Vanmorgen werden we een paar kilometer voor Kampen ingehaald door een man op een racefiets. De man reed een iets zwaarder verzet dan wij. Hij lag plat op het stuur en reed in een schonkige steil van ons weg. Jim en ik keken elkaar kort aan en wisten toen wat ons te doen stond, want dit laten we ons niet gebeuren. Even een stukje “kop over kop” op het grote blad. Vlak voordat we de nietsvermoedende fietser inhaalden nam Jim de kop van mij over. Hij zette nog meer aan. Ik moest flink trappen om zijn wiel te houden. ‘Doe normaal man,’ riep ik hem toe. ‘Dat moet even om te voorkomen dat hij bij ons aanpikt,’ schreeuwde Jim met zijn kop vol in de wind.
Als je iemand inhaalt die jou vervolgens weer inhaalt, krijg je een mentale tik. Dat overkomt hem nou. ‘Daarom moeten we nu vol gas geven.’ Hij hield het hoge tempo een paar kilometer vast en ik liet me uit de wind in zijn slipstream meezuigen. Toen we de fietser achter ons op een veilige achterstand hadden gezet, nam ik de kop van hem over. Jim gunde zich maar enkele honderden meters om op adem te komen om vervolgens mij weer af te lossen.
Op de brug in Kampen konden we schuin naar beneden kijken en zagen we dat de man op de fiets helemaal uit het zicht verdwenen was. Jim ging weer naast mij fietsen. Ik keek hem aan maar Jim keek tevreden recht voor zich uit met een blik van ‘zo dat klusje heb ik weer geklaard’. Toen draaide hij zijn hoofd naar mij en vroeg: ‘waar hadden we het ook al weer over?’
Ik moest lachen in mezelf. Prachtig die eerzucht en dat competitieve van Jim. Veel mensen snappen dat niet en vinden het gedrag van hem storend en irritant. Ik vind het geweldig en herken mezelf in hem. Ik vind het jammer dat ik fysiek, door mijn leeftijd, niet meer kan wat Jim kan. Bij mij heeft dat wel even geduurd voordat ik dat kon accepteren.
Maar toen ik vanmorgen in zijn wiel met een bloedgang langs die man op zijn racefiets suisde, voelde ik mij weer even die sterke kerel van vroeger. Die kerel die elke fysieke uitdaging aan ging, die het liefst overal een wedstrijdje van maakte en die niet tegen zijn verlies kon. Zelfs van mijn eigen kinderen, toen ze nog klein waren, wilde ik winnen bij een onschuldig spelletje memory.
Het geeft wel rust dat ik dat ik die ziekelijke bewijsdrang op sportief gebied nu niet meer heb, maar ik kan nog steeds genieten van die spaarzaam wordende ‘moments of fame’. Het kortstondige gevoel van overwinning, hoe nietszeggend de prestatie ook was, blijft heerlijk. Al word ik 100 jaar.
Als ik ooit in een verzorgingshuis terecht kom, ben ik in staat om op de gang met mijn buurman een wedstrijdje te doen wie er met de rollator het eerst bij de eetzaal is. En als de race dan gelijk op zou gaan zou ik mijn buurman nog een klein schouderduwtje geven ook om hem uit balans te brengen.
Dit artikel is van Martin Veldwijk
Wil je een avondje met vriendinnen op stap? Wie of wat houdt je tegen? Check de agenda dansen. Ben je meer een festivalgangster? Dan is de agenda festivals voor jou the place to be. De agenda vakanties is niet zo maar een overzicht met reizen. Dit zijn single reizen voor hogeropgeleide 40-plussers. Je vindt daar een lijst met lange en korte reizen van verschillende organisaties, zodat je niet een enorme zoekslag hoeft te doen naar een heerlijke vakantie of een weekendje weg.
Verder vind je op Sophia Magazine artikelen over onderwerpen die jou kunnen interesseren: werk, geld, liefde, relaties, schoonheid, mode, gezondheid, reizen, wonen en uitgaan. Het zijn artikelen geschreven voor en door powervrouwen. Veel plezier ermee!
VACATURES SOPHIA MAGAZINE (Delen=lief)
Vind je Sophia Magazine ook zo leuk en zou je graag redacteur, social media expert of schrijver willen worden? Klik dan door naar onderstaande pagina en bekijk de #vacatures.
Het zijn op dit moment nog onbetaalde functies, maar wat we je wel bieden is een hoop #tevredenheid, #gezelligheid en het is een manier om lekker met #letters, #woorden, #teksten en #beeld bezig te zijn!
https://sophiamagazine.nl/vacatures/